donderdag 3 november 2016

Zoals het was gedroomd

Gister zat ik de dag in mijn tent vanwege regen. Veel mist, heel dik. Ik dacht dat het deze keer nog wel een week kon duren voor de wolk weg was, dat zou niet een groot probleem zijn sinds mijn tent op een helling was, de zijkanten liepen af. Geen rivier onder mijn tent.  Maar de zon scheen vandaag.

Het is hier zo mooi! Ik zag de hele hertenfamilie, voor het eerst met mannetjesherten. Ik zat op een muurtje aan de weg. Een auto reed achteruit terug naar mij. Een man en een jongen zag ik. De jongen gaf mij een folder van een manege, een kilometer terug. Hij vroeg of ik paard wilde rijden en daar wilde werken. Ik zei: 'Ik zal er over denken.' De auto reed weg. Ik zal die dingen niet doen. Dat heb ik nooit gedaan. Maar waarom niet? Zo was mijn droom van leven: rondtrekken en hier en daar werken. Ik heb besloten dat ik zou gaan kijken. Een hele stijle weg omhoog. Vlak voor de manege ging ik nog even zitten om te voelen. Ik hoorde geschreeuw. Al die dingen, de vreemde vraag, de oude rommelige gebouwen, het geschreeuw, het zou mijn intuïtie kunnen zeggen dat ik om moest keren. Toen stond ik op en liep er naar toe. Ik zag de jongen het eerst. Hij was verrast en de man ook. Er was een meisje nog, die dag daar voor het eerst. Het werk kwam er uiteindelijk op neer dat de man graag wilde dat zijn paarden bereden werden. In de zomer kwamen veel mensen op de paarden door het dal rijden. In de winter wilde hij de paarden met die tochten ook fit houden. We borstelden de paarden. Ik ben feitelijk bang voor paarden, dat was ik vergeten. Daarna gingen we rijden: de man, het meisje en ik. Door het bos stijl omhoog en omlaag, door het prachtige toscaanse landschap, door rivieren en langs een meer. Ik genoot ervan veel. Ik wist dat ik het paard vriendelijk met autoriteit moest bejegenen. Het paard was fantastisch. Onderweg probeerde ik een foto te maken, maar op het zelfde moment dat ik niet meer bij het dier was, liep hij de struiken in. Opeens was ik de man en het meisje kwijt. Ik was alleen met het paard. Een beetje bang werd ik, maar ik stond mij niet toe. We vonden de manege. Gelukkig wist het paard ook soms de weg.

In de avond kwamen vrienden eten. De man legde brood en vlees op het rooster in de open haard. Ik praatte niet veel sinds ik heel moe was. Na het eten ging ik buiten op de veranda zitten. Het was heel erg donker. Morgen zoek ik weer voor de donkere nacht een plek voor mijn tent. Vandaag slaap ik in de gastenkamer.

2 opmerkingen:

  1. bedankt Sophie. Jij op het paard, kan me dat bijna niet voorstellen. Maar je hebt genoten. Nu weer verder? Geniet, en Ga met God. Ik ga even een bakje halen bij je moeder. Lieve groet.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ja (((-:
    Ik pas ook op een paard.
    Groeten en een kus aan mijn moeder en ook voor jou!

    BeantwoordenVerwijderen