maandag 24 oktober 2016

Venetië

De naam van de caissière is Bettin. In Dolo heeft ze een man en twee vervelende hondjes in een piepklein huis. Voor Dolo ging ik weer 16 kilometer terug met Bettin in haar auto. Mijn wagen bleef bij de supermarkt, sinds ik daar de volgende morgen weer met Bettin naar toe zou gaan. Ik nam kleding en toiletspullen mee. Bettin wees mij de kapotte huizen die we tegen kwamen. Twee jaar geleden was daar een tornado. We praatten via een vertaler op haar telefoon, een paar woorden engels die zij kende en een paar woorden Italiaans die ik ken. Vandaan de supermarkt liep ik naar Venetië. Over die drukke weg. Er was een tram op één rail. Venetië heeft mij geraakt. De grote gebouwen op het water, ze zijn het geschenk van de voorouders. Hoe is dat tot stand gekomen! De gebouwen, de toeristen, de uitbuiters, de waterbussen en een gekte zoals ik nog nooit eerder zag. Eén dichte stroom mensen en ik daartussen met mijn wagen. Op de trappen was een helling gemaakt voor alles dat rollend ging. De wagen was zwaar en de helling glad. Ik gleed de hele tijd naar beneden. Mensen duwden mij en de wagen over langs de hellingen over bruggen. Ik wilde uit de stroom op een bankje zitten. Ik hoorde hele mooie vioolmuziek. Ik had bijna dat gevoel op de 'Titanic' te zijn. 

Een man liep op mij af met cake. Ik was blij dat iemand met mij sprak. En een andere man en vrouw legden hun kind op het bankje te slapen. Wij waren geïnteresseerd in elkaar, we hadden een mooi gesprek met z'n vieren. Ik lachtte veel om de man met de cake, Eugene. Hij kwam voor een demonstratie. We zochten een café met een toilet. Eugene had niet veel gevoel voor de irritatie van anderen.  Dat maakte hem een beetje naïef en zeer voortvarend. Ik zag de gezichten van anderen en ik vermaakte mij. Na het afscheid liep ik door Venetië. En ik ging met de waterbus door het mooiste 'kanaal'.  Ik heb alleen een eerste indruk gekregen, maar het was genoeg voor deze reis. In schemer liep ik over de brug terug. Niet zo cool. Terug bij de supermarkt had ik het ergste gehad. Ik ging op een hekje zitten, naast een deur, en belde Mees. Een man kwam aan met een winkelwagen. We keken elkaar aan, terwijl ik met Mees praatte. Mees zei: 'Herinner de boksskills die we hebben geoefend.' Ik zei: 'Goed! Maar het lijkt me niet echt nodig.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten